SKÛTSJESILEN

De bouwvak in het Noorden van Nederland is weer begonnen en dus weet heel zeilend Friesland wat dat betekent: het is weer tijd voor de skûtsje-striid!

VOORBEREIDING

Nu is het natuurlijk zo dat er voorafgaand aan die twee weken wel het één en ander gebeurt. Geen tijd om om te lummelen en te pierewaaien. Een skûtsje ligt niet zomaar in het water. Het vergt onderhoud en reparatie. We willen sneller dan vorig jaar, dus we breken ons de koppen over hoe we dat kunnen realiseren zonder de regels te overschrijden. Bemanningsleden blijven niet eeuwig dus er moet een nieuw team gesmeed worden van een groep mensen. Er moet getraind worden. Alle neuzen dezelfde kant op want met tegenwind kunnen we niet winnen. Er moeten activiteiten voor bemanning, sponsoren en vrijwilligers geregeld worden. En er moet geld verzameld worden. Want voor niets gaat de zon op.

TOPSPORT

Zo’n skûtsje in de vaart houden…daar komt dus heel wat bij kijken. Meer dan je denkt als je naar die 11 wedstrijden kijkt. Het lijkt zo gemakkelijk, en op het grote water lijken de skûtsjes iets minder groot dan ze daadwerkelijk zijn. Want het zijn joekels, die dingen. En ze hebben geen motor. Het is als topsport. Zeker voor de bemanningsleden. Je moet ballen hebben en daar iets mee doen. Dat geldt al helemaal voor de dames aan boord. Want ik heb het natuurlijk wel over de spierballen. Ieder vrij moment trainen. Want natuurlijk gaan we voor het kampioenschap. 2e telt niet. Nou jaa….Als je na jaren in de achterhoede te hebben gezeild in de top 3 kan eindigen…Dan telt dat ook.

CLIMAX

Met het hele team werk je toe naar die twee weken in augustus. En hoe hard je ook gewerkt hebt, de één wat meer dan de ander, maar ieder op zijn manier zo hard hij kon, dan is het net als een EK voetbal. Of Olympische Spelen. Want daar gaat altijd alles anders.

FAMILIE

Als het dan eindelijk zover is, vóel je de spanning. NU moet het gebeuren. Maar het is ook als thuiskomen. Al je ‘familieleden’ zie je na een een jaar weer op het wedtrijdveld. Je collega’s. Tegenstanders. Maar ook vrienden. Je dompelt onder in een warm bad. En beseft je waar je het voor doet. De skûtsje-karavaan. Je zou het voor geen goud willen missen. Vrienden die niets met skûtsjesilen hebben snappen er niks van. Het valt ook niet uit te leggen. Het is een gevoel. Een virus.

FACTOREN

Je bent afhankelijk van weer. En wind. En hoe goed hebben je tegenstanders getraind? Hadden zij meer geld ter beschikking om hun schip beter te maken? Wordt het stormachtig weer of ‘vret de sinne de wyn op’ en wordt het een drijfpartij en dus een lootjestrekkerij? Gebeuren er geen ongelukken en wordt er niemand ziek? Het zal je toch gebeuren.

DE KOP ERAF

Dan eindelijk Grou. De eerste wedstrijd. De spanning is enorm. Journalisten willen van alles van je weten. Daar heb je toch eigenlijk geen zin in? Je wilt je concentreren. En lol maken met je familie. Je vrienden. Je teammaatjes en je tegenstanders. Maar het hoort er bij. En dus speel je het spel mee. Natuurlijk laat je niet het achterste van je tong zien. Zouden ze willen. Maar je bent niet gek! Het blijft tenslotte een wedstrijd. Met al je vrienden. En familie. Soms hard tegen hard. Want we gaan voor de winst. De hele achterban leeft tijdens de wedstrijd mee, al kijkend vanaf het volgschip. De spanning is dáár misschien nog wel groter dan aan boord zelf, het lijkt wel de familiebox zoals je bij de Formule 1 ziet.
En ’s avonds, als de punten zijn verdeeld, proosten we met elkaar op wéér een prachtige dag.

VOORBIJ

Nog 10 te gaan. Dan is het alweer voorbij.
En kunnen we de spanning naar het volgende seizoen weer dag voor dag opbouwen.
Maar na de strijd eerst nog een weekje omlummelen. En pierewaaien. Want de bouwvak duurt 3 weken en het skûtsjesilen 2. Lekker pootje baaien. Want dat hebben we best verdiend. En voor we het weten zijn we alweer bezig met de voorbereidingen voor het nieuwe seizoen.
Nu al zin in.
Tsjoch