Vraag van de maand

Deze maand de vraag wat er allemaal gebeurt  aan boord van het startschip                              —————————————————————————————————————————

Voor zeilers is dit gesneden koek, maar voor wie aan de wal staat, is het vaak onduidelijk wat daar nu allemaal gebeurt vóór de wedstrijd daadwerkelijk start en waarom zijn er zoveel mensen aan boord?

De SKS maakt al sinds jaar en dag gebruik van de kotter “Zevenwolden”, van de gelijknamige WSV uit Lemmer,  voor de start- en finishprocedure van het skûtsjesilen. Aan boord bevinden zich  leden van de wedstrijdcommissie, enkele bestuursleden van de SKS, een adviseur van de SKS die de wedstrijdcommissie adviseert, de mannen van de Track & Trace en natuurlijk de bemanning van het startschip. Een aantal zijn verantwoordelijk voor het hijsen/strijken van de optische seinen/vlaggen. Eén man is verantwoordelijk voor het zgn. startschot. Twee man houden zich bezig met de terugroepnummers bij een valse start.

Het startschip zoekt voor de wedstrijd haar positie n.a.v. de door de wedstrijdcommissie uitgelegde startlijn. Volgens de wedstrijdbepalingen dient dit tenminste minimaal 25 meter van de startboei te zijn.

Het startschip maakte vroeger het aantal te varen routes kenbaar door het tonen van het aantal rode vlaggetjes. Dit wordt tegenwoordig achterwege gelaten. Zodra de laatste route van start gaat, wordt er een finishvlag getoond.

Vóór het waarschuwingssein is gegeven,  maakt de bemanning van het startschip de te varen route (baan) bekend door het tonen van een geel bord met zwarte letter.

De startprocedure gaat als volgt:

Als de laatste route ingaat is, legt het startschip de finishlijn uit tussen twee boeien. Ze hijsen een witte vlag met een blauw blok (zie schema)

Elk schip dat finisht, wordt afgeschoten. Als er niet afgeschoten wordt, dan betekent dat, dat het betreffende skûtsje hoogstwaarschijnlijk niet reglementair gestart is of geen gehoor heeft gegeven aan een terugroep.

NIEUW: de Japanner

Sinds seizoen 2014 is er een nieuwe regeling, die toegepast kan worden na een valse start, met de naam “Japanner”. Deze staat niet in het schema. Het is een gele vlag met een zwarte stip er in. Na het vertonen van deze vlag mogen skûtsjes niet meer dippen of anderszins boven de startlijn komen. Doen ze dat toch dan is er vanaf het startschip geen enkele waarschuwing. Het is geheel en al aan de schipper om dit in de gaten te houden. Een vals gestart skûtsje dient buitenom, d.w.z. om één van beide boeien aan begin of eind van de startlijn,  opnieuw te starten. Als  dit niet reglementair gebeurt, komt er bij de eerste bovenwindse boei een bootje van de wedstrijdcommissie melden dat het skûtsje gediskwalificeerd is.